Day 7: Mastering the Motorbike, Monkey Murder, Paella Place and Gekke Gerrit.

11 augustus 2016 - Bedugul, Indonesië

Om 5 uur s’ochtens werd ik wakker van de moslims die voor zonsopgang al opstonden om weer hun luidruchtige gebed uit te voeren. De rust van de bergen werd dus verstoord om 7 uur s’avonds en 5 uur s’ochtends. Gelukkig had ik mijn oordopjes bij me, ookal had ik niet verwacht dat ik ze nodig zou hebben voor deze gelegenheid! De kou maakte het moeilijk weer in slaap te vallen. Toen de moeheid met uiteindelijk toch overmeesterde werden alsnog mijn dromen verstoord door de hanen die iedereen moesten laten weten dat dit keer wel echt de zon op kwam. Zelf mijn oordopjes waren niet bestand tegen het akelige gekras.

Om pas 12 uur kwam ik mijn bed uit, en werd gedreven door verlangen toen ik bedacht dat ik een scooter voor de deur had staan, klaar om besprongen te worden! Smekend liep ik naar de tante van Raka of ik misschien toch nog ontbijt kon krijgen.  Ze riep haar zoontje erbij en zette hem aan het werk. ‘Bread?’ vroeg hij wat verlegen aan mij. Verbaasd dat ze het hadden antwoordde ik natuurlijk ja. Ik kreeg 5 witte sneetjes geroosterd brood met ananas jam, een prima bodem voor de lange rit die ik ging maken.

Raka vroeg waar ik heen ging en ik zei Gigit, om de watervallen te zien. Hij zei dat het vrij ver was, maar ik ben uiteindelijk nog veel verder gegaan. De tweede keer op mijn Honda ging nog makkelijker, met gas geven draaide ik nooit meer de hendel per ongelijk van me af in plaats van naar mij toe. En ook gaf ik nooit teveel gas meer waardoor ik te hard de weg op schoot. Ik begon er echt feeling voor te krijgen. Ik reed weer over de bergweggetjes, maar nu 2x zo hard. Ik ging racen met wat lokale jongens die mij inhaalden, waarna ik ze weer inhaalden enzovoort. Ik zat een tijd achter een tourbus die mijn hele rit aan het verpesten was. Hij was moeilijk in te halen door de grootte van het voertuig en de vele bochten die het zicht op het tegenliggende verkeer niet mogelijk maakten. Veel scooters haalden de lange bus gewoon in, keihard met 80 km/hr in de bocht. Ik heb een uur achter de bus gereden totdat ik me zo erg irriteerde aan het traag rijdende ding, dat ik hetzelfde gedaan heb. Wat voelde het goed! Als een bevrijding, waarna ik ietsje te enthousiast nog met 60 door reed over de moeilijk begaanbare wegen. Het adrenaline in mijn bloed was weer bijgevuld, mijn zintuigen stonden op scherp, even scherp als de tricky bochten, en mijn reactievermogen was verbeterd tot maximum snelheid.

Wat ik toen zag terwijl ik bocht om kwam, was afgrijselijk. Kotsmisselijk voelde ik het bloed uit mijn hoofd trekken en wit worden als een zombie. Gelijk ging ik 30 rijden, bang dat ik flau zou vallen (wat ik doe van bloed). Er lag een aap op de weg, of in ieder geval wat er van over was. Het was niet hetzelfde als een dood gereden duif zien, of konijn of eekhoorn. Het leek wel een klein kindje die daar open gespat op de weg lag. De darmen als spaghetti slierten over de grond verspreid, wat baby vingertjes die nog intact waren ernaast. De geur rook hetzelfde als je net een pak gehakt openmaakt van de supermarkt, de geur van rauw vlees. Dit was pas echt horror, wat een vreselijk gezicht. Aan andere dingen proberen te denken, dacht ik terwijl ik verder reed, maar het angstaanjagende beeld achtervolgd me nog steeds.

Op de platte aap na, was de reis door de Central Mountains prachtig. Ik reed zo ver de bergen af dat regenbuien plaats maakten voor hitte en zon. Ik ging Gigit voor bij en reed zo ver tot dat ik uit de bergen was, die lagen als  reuzen achter me. Scheurend haalde ik andere voertuigen in, geen idee waar ik was of heen ging, maar dat boeide me ook  niks. Ik had na uren rijden de grote stad Singaraja bereikt. De noordkust had ik met mijn eigen vervoer bereikt! Ik was had nu officieel Bali overgestoken. Na deze achievement keerde ik weer om en met een aantal stops om de weg te vragen, waarna één man zei dat ik hem zelfs mocht volgen, kwam ik aan in Gigit, en had ik alsnog de waterval gezien! De wandeling naar de bekende waterval was al een bijzondere beleving opzich.

P8110014

P8110021

P8110017

P8110026

P8110027

Banana tree below!

P8110030

P8110031

P8110035

Het is slim van de bevolking hier, hoe ze de toeristen in de buurt van een bezienswaardigheid omleiden langs allemaal winkeltjes met souvenirs, koud bier en drankjes. Sommige mensen hebben veel talent in de verkoping, anderen veel minder, en zetten zelfs hun kleine kindjes van 6 tot 9 jaar oud aan het werk. Ik liep langs een kraampje en zoals gewoonlijk vroeg de vrouw daarvan: ‘See anything you like? Want to look?’ En ik zeg bijna altijd ‘No thank you’ zo beleefd mogelijk terwijl ik lief lach. Maar deze vrouw had haar twee hele kleine meisjes getraind om toeristen te achtervolgen. De kleine vingertjes grepen naar mandjes op de grond, met daarin bloemenspelden en andere troep, en liepen als twee stalkers achter mij aan! Ze konden zelfs Engels. ‘You want? You buy?’ zeiden de twee (onwijs schattige) meisjes. ‘No, I said no, tidak, tidak, terima kasih!’ Wat nee, nee dankjewel betekend in het Bahasa Indonesisch, de taal die het meest wordt gesproken op Bali.  Al hadden ze het leeuwen schilderij in hun handen gehad, had ik alsnog nee gezegd. Op deze manier vind ik het echt niet kunnen, kinderen zet je niet op die leeftijd aan het werk, die laat je met die bloemenspeldjes spelen terwijl ze doen alsof ze prinsesjes zijn, een dikke NUL voor het moeder- en verkoopschap van deze vrouw. Zo die woede die ik ergens opgepropt had om opnieuw niet onbeleefd over te komen, is er nu uit. Ik hoop geen kinderarbeid meer tegen te komen in Azie, maar ik ben bang dat dit niet de laatste keer zal zijn.

Daarentegen was er ook een vrouw die het wél goed deed, zo goed dat ik mijn eerste onnodige souvenir heb aangeschaft. Een kommetje gemaakt van onder andere kokos en kaneel, waarin je de kokosnoot stukken nog kan zien zitten en de gesneden reepjes kaneelstok. Het rook nog heerlijk naar het kruid, maar het smaakte er niet naar. En het kan gewoon met heet water gewassen worden zonder dat het breekt. ‘I love it, but I am traveling and have already a heavy bag. Also, I don’t have any place in my backpack.’ Dit was bijna mijn standaard zinnetje geworden, en zij was de eerste slimme. Ze zocht het kleinste en lichtste bakje dat ze had, ze liet zien hoe makkelijk je die een hoekje van je tas kon stoppen en hoe het amper plek in nam. Toen was ik verkocht, ik complimenteerde haar over haar verkoper skills en liep na wat onderhandelingen over de prijs, blij weg met mijn kokoskaneelkommetje.

Ze hadden kruiden, koffie, kunst, kleding en doeken. Ik bleef staan bij een stal met houtenbeeldjes, oftewel woodcarvings. Een kunstvorm waarbij de mooiste beelden van alles wat je kan bedenken wordt uitgesneden in hout, en tot in de kleinste details wordt nagemaakt. Van beelden zo groot als mensen, tot beeldjes niet groter dan je vingerkootje. En duuuur! Jezus, Allah. Maar toch heb ik wat souvenirtjes voor mijn gezin hier aangeschaft, met lange en harde discussies over de prijs, wat hier trouwens normaal is, ze zijn bijna beledigd als je níet probeert af te dingen.    

Een paar honderdduizend rupiah lichter, en een paar grammen in mijn tas voller, wandelde ik weer verder. Hun slimme trucje was geslaagd, mijn plan was om de waterval te zien, maar in plaats daarvan had ik gewinkeld! Nu liep ik zonder te stoppen door naar mijn bestemming. Oke ik stopte een paar keer voor een foto, maar alleen daarvoor nog. De waterval was inderdaad een bewonderenswaardig fenomeen, uit een muur van rotsen met daarop ondoordringbare jungle kwam het wit turbulente water van een grote hoogte naar beneden vallen. Je hoorde het water kletteren op de keien onderaan de muur, het klonk hard en krachtig, alsof je net als de keien in stukjes zou worden gebroken als je eronder ging staan. De aap schoot weer door mijn gedachten

.P8110039

P8110042

P8110047

Op de weg terug was de aap er nog, maar er was niks meer in te herkennen. Even verder lag een nieuwe doodgereden aap, maar het was al minder shockerend dan de vorige. Alleen verdriet borrelde als emotie bij me op, maar mijn bloedcirculatie en maag werden niet meer beïnvloed. Gek hoe snel je went aan zulke ernstige beelden, alsof je er een antistoffen voor aanmaakt na d eerste kennismaking, die gelijk alle impulsen uitschakelen bij de tweede keer. Maar verdrietig wel ja, zeker bij het derde dode baby aapje die ik nog tegen kwam die dag. Het was net gebeurd, er lag aan de zijkant van de weg een klein aapje op zijn zij, nog helemaal intact, maar bewegenloos met zijn gezicht tegen de grond. Het moeder aapje zat er nog vol ongeloof naast te springen, ze maakte pijnlijke kreten terwijl ze naar haar dode kindje keek. De gezichtuitdrukking deed tranen in mijn ogen opwellen. Het zijn net mensen, ze snapte heel goed wat er gebeurd was, maar ze zat nog in de ontkenningsfase. Ze probeerde haar baby wakker te maken en bleef kijken met haar ogen gefronst en mond open die de hartverscheurende kreten maakte. Ik zou bijna zeggen dat autorijden hier simpelweg niet mag, ondanks hoe veel plezier het geeft, als het dieren zoveel leed veroorzaakt is het voor mij wel duidelijk wat nou belangrijker is. Maar de mensen hier zien al hun hele leven deze horror, ze zien die beestjes vast niet eens meer, laat staan verdriet erom hebben. Maar ik reed zachtjes huilend op de scooter verder, die arme moeder…

Gelukkig ging ik niet meer een rot gevoel slapen die avond, want ik besloot nog even uit eten te gaan. Ik vond in Bedugul een helemaal leeg restaurant die niet als enige niet met het woordje ‘moslim’ begon en er daarnaast erg goed uitzag. Twee werknemers zaten buiten op het terras te roken en spelletjes op hun mobiel te spelen, ze schrokken wakker uit de virtuele wereld toen ik vroeg of ze open waren. De kok van midden twintig en een opgerekt oorlel met een ring erin, vloog naar de keuken, het meisje van mijn leeftijd naar de kassa om het menu te pakken. Ik moest lachen hoe snel ze waren veranderd in working mode, en hoe erg ze geschrokken waren! Maar blijkbaar kwam het ook door mijn uiterlijk, zoals even later duidelijk werd.

Ik bladerde het boekje met gerechten door, en was opnieuw teleurgesteld dat ze geen wijn verkochten, niet in een restaurant maar ook niet in de supermarkt. Ik bestelde mijn gewoonlijke Bintang Bier, en naar Nasi Goreng Seafood. Ik was in mijn eentje uit eten, en dan ook nog in een leeg restaurant. Zo snel heb ik nog nooit een gerecht op tafel geserveerd gekregen. Ik herkende de smaak maar al te goed, het was Paella! Maar dan met een gebakken ei erop en een stuk kroepoek erbij. Dat ik een Spaans gerecht ondervermomming zou eten hier in het meest aparte, niet toeristische, moslim dorp van Bali hoog in de bergen waar het altijd koud en mistig was, had ik niet verwacht. Maar het was smullen. De vier oogjes keken mij de gehele maaltijd aan, en volgde elke kauw en slokje bier dat ik nam. De kok verstond mij toen ik zei hoe lekker ik het vond, maar hij begreep het niet toen ik probeerde uit te leggen dat het precies leek op een Spaans gerecht, maar dan met witte plakrijst in plaats van gele risotto.

De ondervraging begon weer, en zeker de jongen, dus de kok,  lachte heel hard om alle grapjes die ik maakte. Even later kwam er nog iemand binnen, een oudere Balinese man, die bevriend leek te zijn met de twee werkers. Hij begon de ondervraging weer van begin af aan, die altijd startte met: ‘Where you from?’ . Zijn woordenschat was opvallend groot, hij praatte alleen te zacht waardoor ik hem alsnog niet kon verstaan. Hij nam plaats aan mijn tafel, en we hebben een lange tijd over de verschillen en overeenkomsten van de Nederlandse en Indonesische cultuur gepraat. Zo hebben we veel woorden die hetzelfde zijn, zoals asbak, opa, oma, taxi , ja. En hij vertelde hoe veel vrienden van hem in Nederland zijn gaan wonen, en hoe onze landen goed bevriend met elkaar zijn. Nu wist ik dat zelfs de oudere generatie (of in ieder geval dit persoon ervan) niet meer een wrok tegen Nederlanders heeft na het akelige verleden.

Ik gaf hem complimentjes over zijn talenknobbel in Engels en vroeg hoe dat mogelijk was. Hij bleek tours in en om Bedugul te geven, zoals wandelingen, bezoekingen aan temples, watervallen, bootritjes en vulkaan beklimmingen. Hij zei dat hij morgen ochtend een trip had waarbij ik nog mee kon als ik dat wou. Ik moest helaas de volgende middag om 12 uur alweer uitchecken bij de bungalow, dus wees beleefd af en zei dat ik het wel écht graag had gewild. ‘If you only do the boat trip in the early morning, you’ll be back long before 12.’ Dat hoefde hij geen twee keer te zeggen, ik schreef mijn gegevens in een registratie boekje en gaf hem honderd duizend rupiah. De man heette Amid, een geweldige vent, die een boekje liet zien van al zijn reviews. Die waren in hun eigen taal geschreven, dus Amid wist niet eens wat veel reviews zeiden, maar liet mij de Nederlandse lezen. Alleen maar hele goede reacties, over hoe hij alle kruiden liet  proeven en alle bomen en bloemen bij naam kende.

Na het eten was ik ook aan het praten met de kok en serveerster, waar ik het heel goed mee kon vinden. De kok wou voordat ik weg ging nog met mij op de foto, dit is inmiddels voor mij normaal geworden. Ik was een kop groter dan de oudere Indonesische rebelse kok, met de grote oorlel. Ik wou bijna door mijn knieën gaan, maar hij zei ‘No that’s OK!’ Oftewel, dat maakte de foto alleen maar meer ‘Facebook waardig’. Ik ben benieuwd of ik al beroemd aan het worden ben op het internet van Azië, dacht ik toen ik terug liep naar mijn schattige huisje over een donker stil bergweggetje. Met een volle paella buik en zin in de tour die de volgende ochtend zou plaatsvinden.

Toen ik bij de bungalow aankwam en lekker lag uit te buiken op mijn bed, kwam het volgende moslim concert weer voorbij. Ik staarde naar het houten plafond en zag daar in de hoek een gekko zitten. Hij voelde dat ik hem gespot had en maakte geluiden als een soort mislukte cavia, wat een gekko. Gekke Gerrit vond ik een toepasselijke naam voor het beestje. Hij was mijn enige gezelschap door de koude en korte nacht, mijn lieve piepende Gerrit.

Foto’s

1 Reactie

  1. Tineke Kriek:
    25 augustus 2016
    Weer geweldig en ik kijk al weer uit naar het bootavontuur.